Om gezond te leven, heb je balans nodig.
Stimuleer je gezondheid door inspanning en ontspanning: sporten, bewegen, luieren, verantwoord eten, …
Om gezond te leven, heb je balans nodig.
Stimuleer je gezondheid door inspanning en ontspanning: sporten, bewegen, luieren, verantwoord eten, …
Opa’s en oma’s: Verwenners waar alles mag en grenzen er zijn om overschreden te worden. Disciplineren is een taak van ouders. Dat is toch waarom het veel leuker is om opa of oma te zijn dan om ouder te zijn? Wel de lusten, niet de lasten. Maar wat als de koters zo vaak bij opa of oma zijn dat zij, gewenst of niet, toch een rol hebben in de opvoeding? Welke regels gelden dan? Die van mij of die van hen?
Oma schept vrolijk een “lekkere” schep suiker door de banaan van mijn baby, terwijl ik net nog zei dat suiker echt overbodig is voor zijn fruit. “Jij vond het anders heerlijk vroeger!” Ze vertelt tussen neus en lippen door dat de kleine prins net trouwens ‘gewoon’ even op schoot zat bij mijn prinses in een rijdende auto. “Het regende en het was maar een klein stukje. Vroeger hadden we niet eens autostoelen. Jij bent toch ook groot geworden?!”
Dochterlief worstelt met overprikkeling op en na school. Opa en oma snappen er niets van. “Prikkels? Die hadden we vroeger niet. Tegenwoordig gaat het alleen maar over prikkels. Vroeger zeiden ze gewoon “Doe toch normaal!” en daarmee basta.”
Mijn kinderen, mijn regels dacht ik altijd. Voor mij eerst net zo vanzelfsprekend als ‘mijn huis, mijn regels’, dat ik sterk meekreeg van mijn ouders. Maar als mijn kinderen nu in hun huis zijn, wiens regels gelden dan? Zo werd ‘choose your battles’ mijn nieuwe credo. Van een schep suiker gaat hij niet dood. Prikkels hoef je niet te begrijpen, als je maar bereid bent om naar haar te luisteren als ze zegt wat ze op dat moment nodig heeft. Baby’s moeten in een autostoel. Punt.
Ik ben erg van de harmonie. Confrontaties ga ik liever uit de weg. Ik heb ook een aantal vrij sterke principes als het gaat om de opvoeding van de kids. Om te voorkomen dat ik kleine irritaties op zou sparen als zegeltjes tot het boekje vol is, en dan te ontploffen als een atoombom, vond ik het negen jaar geleden al geen goed idee om mijn ouders vaste dagen te laten oppassen. Toen vond ik het lastig dat te zeggen. Het laatste dat ik wilde is mijn ouders kwetsen of hen het gevoel geven niet genoeg te zijn. Toen het hoge woord eruit was, waren mijn ouders niet gekwetst, maar opgelucht.
Ook mijn ouders hebben geen zin in gesteggel over regels. Zij werken nog, hebben hun eigen hobby’s en zien de kleinkinderen minstens drie keer per week. Opvoeder zijn ze niet. Die extra zoete drank zie ik door de vingers en als ze roepen “Jij bent toch ook groot geworden?!” gniffel ik maar mee bij de herinnering. Soms ongemakkelijk, maar vooral erg gezellig. Ik ben ontzettend dankbaar dat mijn kinderen opa en oma-liefde mogen ontvangen, en dat mijn ouders zo intens kunnen genieten van hun (soms o zo vermoeiende) kleinkinderen.
Werken, sporten, training hier, opleiding daar, een tiener én een baby grootbrengen, quality time doorbrengen met manlief… Waar haal ik de energie vandaan om overal aan toe te komen?
Als ik mijn agenda bekijk, raak ik lichtelijk in paniek. Waar haal ik de energie vandaan om alles gedaan te krijgen?
We weten allemaal hoe belangrijk goede voeding is. Voeding is brandstof.
Voor mijn laatste zwangerschap was ik heel erg gedisciplineerd met mijn voeding. Ik kon een week doorkomen zonder ook maar één koekje te eten. Tegenwoordig heb ik moeite om niet dagelijks een flink stuk taart naar binnen te werken. What happend??
Dat ik er op deze manier niet slanker op word, is één. Maar wat ik het ergste vind, is dat die ongezonde zooi mijn energie kost. Gezonde voeding zorgt gewoon voor meer energie.
Niet alleen ben ik dol op slapen, maar ik heb het ook echt nodig om degelijk te (blijven) functioneren. Best lastig met een baby die mij ’s nachts regelmatig wakker houdt. Daardoor ben ik er wel alert op dat ik echt op tijd naar mijn bed moet gaan. Dus ook al staat er nog een mand met strijk of zou ik eigenlijk moeten leren voor een opleiding, slaap gaat voor.
Om te sporten moet je inspanning leveren, maar het levert ook weer energie. Als ik regelmatig sport, voel ik mij fysiek en mentaal veel fitter. Door mijn grenzen te verleggen met het sporten, lijkt het alsof het verleggen van andere grenzen me ook makkelijker af gaat. Ik voel me er sterker door. Hierdoor ben ik ook beter in staat om op mijn strepen te staan en nee te zeggen tegen dingen waar ik mijn energie niet aan kwijt wil.
Een goede voorbereiding is écht het halve werk. Mijn agenda is mijn BFF. Als ik weet wat er op de planning staat, kan ik alvast op een rijtje zetten wat hiervoor moet gebeuren. Zo houd ik overzicht en dat geeft mij enorm veel rust. Dat wil niet zeggen dat ik mijn agenda altijd opvolg, want negen van de tien keer zijn er onregelmatigheden die mijn planning dwarsbomen. Maar in ieder blijf ik dan overzicht houden van de dingen die moeten gebeuren.
Als moeder kan het best lastig zijn om jezelf op de eerste plaats te zetten en tijd voor jezelf te nemen. Ik realiseer mij dat ik een betere moeder ben als ik dat wel doe. Een wandeling met de hond, een massage of bezoekje aan de sauna. Even goed tot rust komen. Maar ook gewoon even langsgaan bij een vriendin, zonder man of kind. Niks mis mee.
Negativiteit vreet energie en ik vind het belangrijk om positief in het leven te staan. Die positiviteit zit hem voor mij in kleine dagelijkse dingen. Ik vind het bijvoorbeeld belangrijk om mijn dag te beginnen met positieve gedachtes. Dus niet: ‘Gatverdamme, ik moet opstaan en werken. Blehh ik heb geen zin.’ Maar wel: ‘Yes.. een nieuwe dag met nieuwe kansen.’
Dus laat ik die volle agenda maar van de positieve kant bekijken: tijd om te vervelen heb ik niet 🙂
31 Augustus lagen we als gezin nog lekker onder een parasol op een zonnig strand in Bodrum, Turkije. Steeds popte de gedachte op dat we over 2 dagen toch echt weer mee moesten gaan doen met het ‘normale leven’. Het leven waarin we niet geheel vrijwillig chronish haast hebben om op tijd te zijn op school, kinderopvang, werk, sportclubjes, ouderavonden, tandartsafspraken, feestjes en al die andere moetjes. Nog volledig in de beachmodus vroeg ik mij af waarom wij dit eigenlijk betitelen als ‘normaal’. Zou het niet veel normaler zijn om ons leven te leiden met meer ruimte voor rust, ontspanning, beweging en frisse buitenlucht? Meer ruimte om in het moment te leven, te genieten van de simpele dingen om ons heen? Manlief zorgde voor een realitycheck door aan mijn arm te trekken. “Je droomt weer, waar zit je met je hoofd?” Ik nam een frisse duik in de kalme zee nu het nog kon.
Inmiddels zijn we weer een goede 2 weken onderweg op de trein die ons ‘normale leven’ heet. De eerste schooldag gaf ik mijn dochter om 7:15 uur een dikke knuffel en wenste haar héél veel plezier in haar nieuwe klas. Snelwandelend bracht ik mijn zoon naar de opvang om stipt op tijd op mijn werk te verschijnen. Tijdens mijn kolfmoment rond een uur of 11 scrolde ik even door mijn Facebook: De ene na de andere foto van de eerste schooldag van de kids van al die trotse moeders. O my dear God, ik ben een ontaarde moeder! Een naar gevoel bekroop mij. Mijn hoofd raasde. Ben ik tekort geschoten? Ik heb morgen wel tijd vrij gemaakt om haar te brengen. Zal ze het mij kwalijk nemen dat iedereens moeder er was, en ik niet? Ik ben wel de enige die op de twééde schooldag haar kind liefdevol afzet. Ook leuk, toch? Zal ik dan als spuit elf morgen dé foto plaatsen? Pffff…..ingewikkeld.
Op het strand had ik mij zo mooi voorgesteld om het dit seizoen anders te doen. Relaxter. Op dag 1 was het alweer het oude liedje: Haast en schuldgevoel. We zijn weer back in business. Eenmaal thuis vertelde mijn dochter honderduit over haar eerste dag. Verontschuldigend vroeg ik haar of zij het heel erg vond dat mama haar niet had weggebracht. “Nee joh! Je komt toch morgen? Dat is ook veel leuker, want dan kan je tenminste mijn werkjes zien. Die had ik vanochtend natuurlijk nog helemaal niet!” Als sneeuw voor de zon verdween mijn schuldgevoel. Het was goed. Dag 2 én 3 was ik er en heb ik werkjes bewonderd. De foto is er nooit gekomen. De eerste 2 weken moedermaffia hebben we weer overleefd. Gewoon door dichtbij onszelf te blijven en niet mee te gaan in de etiquette van hoe een eerste schooldag en een goede moeder hoort te zijn. Pfioew!
Als je mentaal fit bent, zit je lekker in je vel. Soms kosten (onbewuste) gedragspatronen onnodig veel energie. Daarom is het belangrijk om zo nu en dan kritisch naar jezelf te kijken. Oftewel een momentje zelfreflectie.
Soms heb ik last van mijn eigen manier van communiceren. Deze is namelijk niet altijd even effectief. Om daar verandering in te brengen, is het belangrijk om bij mezelf na te gaan waarom ik op een bepaalde manier reageer en hoe ik dat eventueel kan veranderen.
In mijn communicatie ben ik direct en transparant. Ik zeg wat ik bedoel, zonder er omheen te draaien. Ik ben ook erg expressief. Dus al zeg ik niet wat ik denk of voel, dan zie je dat vaak wel aan mijn gezichtsuitdrukking. Je weet dus wat je aan me hebt. Daar komt bij dat ik een gepassioneerd persoon ben, ook in mijn communicatie. Dat is leuk en aanstekelijk zolang je over leuke dingen praat.
Op het moment dat er dingen ter sprake komen waar ik niet zo blij van word of als ik op mijn strepen sta, kan ik heel fel zijn. Daar kunnen mensen best van schrikken. Dan kan ik overkomen als niet benaderbaar. En dat is meestal niet de boodschap die ik wil overbrengen.
Mijn manier van communiceren gaat automatisch, ik denk daar vaak niet bij na. Toch is het soms wel handig om me meer bewust te zijn van mijn gedrag en wat dat doet met anderen. Ja, ik kan me heel star opstellen want “dit is wie ik ben en ze moeten het er maar mee doen”. Maar als ik eerlijk naar mezelf kijk, levert dat me vaak meer op.
Zelf ben ik iemand die veel aan zelfreflectie doet en daar weleens in kan doorslaan. Dan betrek ik dingen te veel op mezelf. Het is belangrijk om je ervan bewust te zijn dat het bij zelfreflectie niet alleen gaat om jouw eigen gedrag, maar ook om het gedrag van anderen. Het gedrag van anderen kan er namelijk voor zorgen dat je op een bepaalde manier reageert.
Zelf moest ik er bewust van worden gemaakt dat ik niet altijd degene ben die aan zichzelf moet werken. Er was eens een situatie waarbij ik heel direct nee zei tegen iemand. Ik zag aan haar reactie dat zij dit lastig vond. Zij wist hier niet op te reageren en liep weg. Ik betrok dit op mezelf: ik moest niet zo hard zijn. Toen zei iemand tegen mij dat er in dit gesprek twee personen betrokken waren: de betreffende dame en ik. Ja, ik was direct in mijn antwoord en mevrouw wist hier niet mee om te gaan. Dat wil niet zeggen dat ik degene was die hier iets mee moest. Misschien moest mevrouw leren om te gaan met directheid en lag het dus bij haar.
Door deze opmerking heb ik geleerd om niet alleen te kijken naar mijn eigen gedrag in een situatie, maar ook naar het gedrag van anderen in dezelfde situatie. Hoe gedraag ik me en hoe reageren anderen daar op? Maar ook: hoe reageer ik op het gedrag van anderen?
Mijn eigen gedrag komt ergens vandaan, het komt niet uit de lucht vallen. Laten we mijn felle manier van communiceren als voorbeeld nemen. Ik ben iemand die heel duidelijk haar grenzen aangeeft. Dat komt voort uit eerdere ervaringen. Ik was iemand die veel deed voor anderen. Helaas maakten mensen daar misbruik van. Zij vroegen veel van mij, maar gaven minder terug. Ik heb dus geleerd om mijn grenzen te bewaken en hier duidelijk in te zijn, om te voorkomen dat er misbruik van mij wordt gemaakt.
Op het moment dat ik met mensen in gesprek ben en zij het alleen hebben over mijn tekortkomingen en niet over hun eigen aandeel, raak ik geïrriteerd. Ik denk dan bijvoorbeeld aan wat ik allemaal al heb gedaan en dat zij mij daarin niet tegemoetkomen. Door mijn eerdere ervaringen krijg ik het idee dat er misbruik wordt gemaakt van mij. Hierdoor raak ik geïrriteerd en reageer ik des te feller.
Door bewust stil te staan bij mijn eigen gevoelens, gedachten en ervaringen, herken ik gedragspatronen van mezelf en kan ik stappen zetten in het aanleren van ander gedrag. Als ik dat nodig vind tenminste, want soms is het ook gewoon oké om niet perfect te zijn.
Van de week ben ik voor het eerst, sinds de zwangerschap, wezen hardlopen. Wat keek ik daar naar uit. Het was echt aftellen. Aftellen tot ik weer mocht beginnen. En toen het zover was, aftellen tot het weer voorbij was…
Al tijdens de zwangerschap stopte ik met hardlopen, omdat ik erg last had van bandenpijn. Na de bevalling wilde ik mijn lichaam de tijd geven om goed te herstellen. Hier wilde ik in ieder geval zes maanden voor uittrekken.
Aangezien ik in juli, zeven maanden na de bevalling, de Nijmeegse Vierdaagse liep, besloot ik het hardlopen iets langer uit te stellen. Ik nam mezelf voor om te wachten met hardlopen tot na de Vierdaagse. Geloof me, dat was niet makkelijk. Ik keek er enorm naar uit om weer te hardlopen. In mijn hoofd liep ik rondjes van in ieder geval 10 km. Maar ik vind het belangrijk om verantwoord te sporten. Mijn lichaam moet nog een tijdje mee, het liefst zonder blessures. Dus ik wachtte.
Van tevoren had ik geen idee hoe het hardlopen zou gaan, hoe ik er voor stond met mijn conditie. Die heeft natuurlijk wel een klap gehad. Daar komt bij dat ik nu een stuk minder aan rust toe kom, wat er toe leidt dat ik sneller vermoeid ben. In mijn hoofd liep ik alweer een uur aan één stuk door, maar ik wist heus wel dat ik eerder 3 minuten zou volhouden.
Van de week was het eindelijk zover: ik ging hardlopen. Ik liep zonder schema, wilde uitgaan van hoe het aanvoelde. Dat leidde er toe dat ik 3 x 5 minuten liep, met tussendoor 2 minuten rust. Dat ging niet met gemak, ik moest echt wel even doorzetten. Maar ik ben tevreden. Het zal een tijd duren om mijn doel van 15 km te behalen, maar het begin is er. De eerste meters heb ik gelopen.
Van de week wel even een sport bh kopen, want hardlopen met een voedings bh is behoorlijk oncomfortabel.
Vier keer 40 km wandelen. Wie doet dat?? Ik dus. Dit jaar liep ik hem voor het eerst: de Nijmeegse Vierdaagse. Waarom ik hem liep? Dat vroeg ik mezelf ook regelmatig af tijdens het wandelen.
Al een paar jaar stoeide ik met het idee om een keer de Nijmeegse Vierdaagse te wandelen. Ik hoorde verhalen over hoe bijzonder die Vierdaagse wel niet is, dat het één groot feest is. Dat wilde ik ook ervaren. Je weet pas echt hoe het is als je het hebt ervaren.
Dus ik schreef me in voor de Vierdaagse van 2018. Omdat het aantal inschrijvingen hoger lag dan het aantal beschikbare startbewijzen, nam ik deel aan een loting. Helaas was ik uitgeloot en kon ik dus niet deelnemen aan de Vierdaagse. Achteraf bleek dat goed uit te komen, vanwege mijn zwangerschap.
Voor de Vierdaagse van 2019 pakte ik het anders aan. Je bent namelijk verzekerd van deelname als je inschrijft via Via Vierdaagse. Dat is een voorbereidingsprogramma voor mensen die de Nijmeegse Vierdaagse nog niet eerder hebben uitgelopen. Dus toen de inschrijving van Via Vierdaagse van start ging, zat ik klaar achter mijn laptop en zorgde ik dat ik er op tijd bij was. Ik schreef me in voor de Nijmeegse Vierdaagse.
In december 2018 beviel ik van Noura. In januari 2019 pakte ik het wandelen weer op en bouwde ik rustig op vanaf 5 km. Voor de lange afstanden, die ik in de weekenden liep, volgde ik het trainingsschema van Via Vierdaagse. Op een gegeven moment liepen de afstanden aardig op en was ik dus ook langer onderweg.
Toen ik met afstanden van 30 km zo’n 6 uur onderweg was, begon ik ook vroeger met wandelen. Anders had ik niets meer aan mijn dag en moest Marcel de volledige zorg voor Noura op zich nemen. Dat vond ik niet eerlijk. Dus ik zette mijn wekker om 05.00 uur, werkte ik mijn ontbijt naar binnen terwijl ik kolfde, en probeerde ik om 06.00 uur de deur uit te gaan. Heel heftig voor iemand die geen ochtendmens is en gebroken nachten heeft vanwege een baby die niet doorslaapt. Maar hey, je moet er iets voor over hebben.

De dag voordat de Vierdaagse begon, bracht Marcel mij naar Nijmegen. Ik moest mijn startbewijs ophalen en maakte kennis met het gastgezin waar ik verbleef tijdens de Vierdaagse. Annemarie woont al vele jaren in Nijmegen en verzorgde mij tijdens mijn verblijf. Zij stelde een slaapkamer voor mij beschikbaar en verzorgde mijn eten. ’s Ochtend was de tafel voor me gedekt en ’s avonds maakte ze voedzame maaltijden klaar. Dankzij Annemarie kreeg ik de voedingsstoffen binnen die ik nodig had om 160 km te wandelen. Ik had er niet aan moeten denken om na 40 km wandelen zelf mijn eten te verzorgen. Dat had niks geworden.
Man, wat vond ik het spannend. Ik geloof dat ik van tevoren twee weken in spanning heb gezeten. Ik wist niet wat ik kon verwachten van de Vierdaagse, alleen dat het zwaar zou zijn. Ik zag er ook wel tegenop. Zou ik het wel halen?
Ik wist dat ik met veel mensen liep, meer dan 44.000 mensen. Maar van tevoren ik kon me er geen voorstelling van maken wat wandelen met 44.000 mensen nou eigenlijk inhoudt. Ik kwam er dus achter dat dat inhoudt dat je blij bent als je je armen eens kunt strekken zonder iemand aan te raken. Dat er altijd wel iemand in de buurt is om mee te praten. Dat als je ook maar een beetje voelt dat je binnenkort naar het toilet moet, je bij het eerstvolgende toilet direct in de rij moet gaan staan. Een toilet in zicht betekent niet dat je eindelijk kunt, je zult nog even moeten wachten. Ik kwam er ook achter dat als je met zo veel mensen loopt, je niet even van de linkerkant van het pad naar de rechterkant loopt. Nee, dan loop je mensen voor de voeten en is de kans groot dat mensen op je hielen staan. Dus ook voor het oversteken van het pad, moet je de tijd nemen.

Ik ben een introvert persoon en van tevoren wist ik niet hoe ik het zou vinden om met zo’n enorme massa op pad te zijn en om zo veel mensen langs de kant te zien. Nu heb ik wel momenten gehad dat ik moeite had met de drukte, als ik moe was en er doorheen zat. Maar eigenlijk heb ik er vooral heel veel uit gehaald. Op momenten dat ik het zwaar had, liet ik me meenemen door de stoet. Ik liet de stoet leidend zijn en liet de boel verder over me heen komen. En de energie van de mensen aan de kant is gewoon hartverwarmend. Van ’s ochtends tot ’s middags heb ik high fives, positieve woorden en snacks mogen aannemen. Zo enorm hartelijk. Daar krijg je energie van.
Noura krijgt nog borstvoeding en ik was niet van plan om daar mee te stoppen. Dus enkele maanden voor de Vierdaagse begon ik met het invriezen van afgekolfde borstvoeding. Tijdens de Vierdaagse kolfde ik ook. Ik zocht dan een rustig plekje op (ja, dat is mogelijk met zo veel mensen) en gebruikte een voedingsdoek om mezelf te bedekken. Dat ging prima. Een enkeling had door dat ik aan het kolven was. Alleen vrouwen trouwens. De afgekolfde melk gooide ik weg. Ik kolfde puur om de borstvoeding op gang te houden.
Op dag 1 was ik op de helft voordat ik er erg in had. Op dag 2 duurde de werkelijkheid veel langer dan in mijn hoofd. Het viel me telkens tegen hoe ver ik pas was. Dag 3 vond ik fysiek zwaar, vanwege de heuvels en de warmte. Maar mentaal was ik een stuk sterker dan de dag ervoor. Dag 4 was ik me er van bewust dat het de laatste dag was dat ik onderdeel was van zo’n bijzondere gebeurtenis. Ik genoot nog een laatste dag van alle positiviteit om me heen. De laatste loodjes wegen wel het zwaarst en bij de laatste 10 km zat ik er helemaal doorheen.
Je begrijpt dat ik zo enorm blij en opgelucht was toen ik de finish naderde. En trots. Trots dat ik 160 km had gewandeld. Maar ook zo blij en opgelucht dat ik mijn schoenen uit kon doen.


Op zondag 14 juli organiseerde MOE en FIT in samenwerking met het Milieu Huis en Ravottuh het eerste 50-dingen festival in Nissewaard. Een evenement om het buitenspelen van kinderen te stimuleren.
Buitenspelen is goed voor kinderen, om heel veel redenen. Om er een paar te noemen:
Zo belangrijk dus, dat kinderen buitenspelen. Toch blijkt dat kinderen telkens minder buitenspelen. Daarom probeert MOE en FIT mee te denken met ouders. Te bekijken wat er nodig is om meer naar buiten te gaan met de kinderen.
Dit heeft onder andere geleid tot het 50-dingen boek van Nissewaard, waar ouders leuke en laagdrempelige ideeën kunnen opdoen voor buitenactiviteiten. In de zomervakantie organiseren we door heel Nissewaard de 50-dingen karavaan, waarbij verschillende organisaties op diverse locaties activiteiten uit het boek organiseren. Op zondag 14 juli hadden we hiervoor de aftrap: het 50-dingen festival.
Stokpaardjes parcours, beestjes zoeken, zakmesles, pony’s aaien, boomstammen zagen en boren om daar mini tuinkerstuintjes van te maken… Kinderen (en ouders) konden zich uitleven bij het 50-dingen festival. Op een hele mooie locatie: natuurspeeltuin het Beverbos in de Bernisse.
(Tekst gaat verder onder de foto’s)







Speciaal voor de ouders was Nico er ook, die zich sinds kort inzet voor MOE en FIT. Nico heeft ruime werkervaring als chef-kok en heeft les gegeven aan de horeca vakschool. Met deze talenten en passie wil hij ouders tools meegeven voor natuurlijke voeding.
Bij het 50-dingen festival konden bezoekers genieten van verschillende zelfgemaakte veganistische lekkernijen: chutneys, humus, burgers van kikkererwten, groenten shaslicks, regenboogpannenkoeken, ijsthee en fruitwater. Wat vonden de mensen het lekker! Zowel ouders als kinderen. Een moeder zei: ‘Thuis willen de kinderen geen groente eten, maar dit vinden ze heerlijk!’


Bij MOE en FIT zijn we enorm blij en trots dat Nico onze blog gaat aanvullen met recepten en tips. Houd het in de gaten, want dat wil je niet missen!
Met 19 jaar was ik voor het eerst zwanger en dacht ik te weten hoe het is om zwanger te zijn. Met 36 jaar was ik zwanger van mijn tweede kind en begreep ik dat ik eigenlijk helemaal niets wist…
Na mijn eerste zwangerschap dacht ik te weten hoe het is om zwanger te zijn. In grote lijnen tenminste. Ik wist wel dat iedere zwangerschap verschilt, maar 16 jaar later begreep ik dat ik eigenlijk helemaal niets wist. De tweede zwangerschap was totaal niet te vergelijken met de eerste zwangerschap.
Alleen al mijn toegenomen lichaamsgewicht… De exacte cijfers weet ik niet, maar bij mijn eerste zwangerschap kwam ik tussen de 10 en 15 kilo aan. Hoeveel ik bij de tweede zwangerschap ben aangekomen, weet ik niet want toen het wel erg veel werd, ben ik gestopt met wegen. Aangezien ik een half jaar na de bevalling nog ruim 10 kg boven mijn oorspronkelijke gewicht zit, zal het wel iets meer zijn geweest dan 10 á 15 kg. Ietsie…
Ook zonder weegschaal was dat wel duidelijk. Bij de eerste zwangerschap had ik een mooie buik, die voornamelijk zichtbaar was aan de voorkant. Bij de tweede zwangerschap was het zichtbaar aan alle kanten. Ik had een mega grote ronde toeter, maar ook aan mijn benen, kont en gezicht was de zwangerschap zichtbaar.
Bij de eerste zwangerschap had ik nergens last van. Geen kwaaltjes, niets. Ja, ik was moe. Tenminste, ik dacht dat ik moe was. Totdat ik voor de tweede keer zwanger werd. Toen kreeg het woord ‘moe’ een nieuwe lading. En dat is sindsdien eigenlijk niet meer overgegaan. Ook de pijn in mijn onderrug is nog niet weg. Toen ik las dat je een jaar nodig hebt om te herstellen van een zwangerschap, voelde ik me begrepen. Ik hoef helemaal nog niet de oude te zijn, ik kan de tijd nemen om te herstellen. Die gedachte geeft me rust.
Rust, innerlijke rust, heb ik nu sowieso meer dan toen ik 20 was. Ik geloof dat dat komt doordat ik nu mentaal een stuk sterker ben dan toen. Dat was ook terug te zien bij de bevalling. Hoewel bevallen fysiek is, geloof ik dat de mentale benadering een hoop bepaalt.
Bij de eerste bevalling had ik het niet meer. Ik had pijn, ik was moe en de pijn werd alleen maar heftiger en ik werd alleen maar meer moe. Ik kon de weeën niet opvangen en ik heb me een partij dramatisch gedaan. Daarom heb ik tijdens de tweede zwangerschap zwangerschapsyoga gevolgd. Die drama van de eerste bevalling wilde ik niet meer.
De tweede keer duurde de bevalling langer, maar was ik een stuk relaxter. Ik luisterde naar mijn lichaam en handelde daarnaar (wat er toe heeft geleid dat ik heel de bevalling staand heb doorgebracht) Ik wist dat de pijn tijdelijk was, dat iedere wee me dichter bij ons kind bracht en dat het belangrijk was dat ik kalm bleef en rustig bleef ademen.
Gelukkig sta ik nu een stuk sterker in mijn schoenen dan met mijn 20ste. Man, wat was ik toen nog kwetsbaar en beïnvloedbaar. Begrijp me niet verkeerd, ook nu word ik beïnvloed door anderen. Alleen maak ik hier nu veel bewustere keuzes in. Ik kies er voor om me zoveel mogelijk te laten beïnvloeden door mensen die het beste in me naar boven halen.
Ik laat me niet zomaar meer iets wijsmaken en durf veel meer uit te gaan van mijn eigen mening. Of dat nou gebaseerd is op feiten of mijn eigen gevoel, en ongeacht wat een ander er van vindt. Ik heb nu veel meer een idee van hoe ik invulling wil geven aan het ouderschap en draag dat ook meer uit. Ik geloof meer in mezelf en ik denk dat het belangrijk is om dat door te geven aan je kinderen: geloof in jezelf en leer van anderen.
Sinds een paar maanden werk ik iets minder door wijzigingen op mijn werk. Hierdoor gaan de meiden niet meer naar het kinderdagverblijf. Ik ben zoveel mogelijk met ze thuis. Eén dag en één dagdeel in de week is Bas thuis en werk ik. Werken was voor mij altijd wel een momentje voor mijzelf, iets waarin ik aan mijn eigen ontwikkeling kon werken. Nu dat iets minder is, ben ik opzoek gegaan naar andere manieren waarop ik toch eventjes tijd voor mijzelf heb. Ik merk dat ik dat nodig heb. Zeker na een hele dag met twee kids om mij heen en geen volwassenen, heb ik soms echt behoefte aan een gesprek op een ander niveau dan dat van mijn drie- en éénjarige dochters of even een moment voor mijzelf. Maar wat doe ik dan?
Ik ben weer gaan sporten! Het duurde even voordat ik dit goede nieuwjaars voornemen heb doorgevoerd. Uitstelgedrag had toch de overhand. Maar sinds kort is het zover, ik ben weer begonnen. Niet in een sportschool, maar buiten met een groepje vrouwen onder toeziend oog van een sportcoach.
Het eerste grote voordeel hieraan vind ik dat als je een keer niet kan, je ook niet betaalt! Daarnaast gaan de andere vrouwen ook regelmatig en leer je elkaar beter kennen. Het is dus ook nog gezellig. We zijn lekker buiten en doen onze buikspieroefeningen heerlijk in de zon. Het klinkt allemaal wel gezellig en rooskleurig zo, maar ik kom toch thuis met een flinke dosis spierpijn. Het bewijs dat ik in ieder geval iets heb gedaan tijdens het sporten. Het sporten werkt voor mij om mij lekkerder in mijn vel te voelen. Als ik lekkerder in mijn vel zit, voel ik mij ook fitter en heb ik meer energie.
Ik vond het zelf wel even spannend, want ben ik hier niet te oud voor? Na navragen bij de muziekdocente bleek dat niet zo te zijn en ben ik begonnen met muziekles. Ik leer nu noten lezen, maten tellen en muziek maken. Echt een nieuwe uitdaging en iets waarin ik ontspanning en tijd voor mijzelf vind.
Daarnaast spreek ik heel veel af met vriendinnen. Ik vind het heerlijk om met ze bij te kletsen, lekker ergens wat te gaan drinken of gewoon thuis met een kop thee op de bank. Elkaar beter leren kennen, er voor elkaar zijn en lol hebben. Ook dit biedt mij uiteindelijk ontspanning en rust.
Ja hoor, naast deze activiteiten lees ik misschien ook één keer in de maand een boek, als de kinderen het toelaten. Ik bak af en toe iets, kleur ik zo nu en dan een kaartje in of speel een spelletje. Maar ik moet wel eerlijk zeggen dat het mij niet altijd lukt om voor deze dingen tijd vrij te maken. Persoonlijk vind ik dat niet heel erg, die tijd komt wel weer.
Vaak als mensen iets achterlijks zeggen en ik mijn ongenoegen daarover uit, wordt gezegd: ‘Ach, laat toch zitten/kletsen/lullen…’. In sommige gevallen ben ik het daar helemaal mee eens. ‘The best reply to a fool is silence’ is een quote waar ik me zeker in kan vinden. Toch zijn er ook momenten waarop ik juist vind dat een weerwoord nodig is en er iemand moet opstaan.
Ik heb weleens in een situatie gezeten waarin een “vriendin” mij keihard voor rotte vis uitmaakte en de grootste onzin over en tegen mij vertelde. Ik was flabbergasted van wat mij werd verweten en kon mij totaal niet vinden in het beeld dat van mij werd geschetst. Ik kon twee dingen doen: 1. Er tegenin gaan om mezelf te verdedigen. 2. Deze persoon negeren en verder gaan met mijn leven.
Ik koos voor optie 2. Dat deed ik omdat ik midden in een verhuizing zat en op persoonlijk vlak door een hele moeilijke periode ging. Ik had er de energie niet voor om mezelf te verdedigen. En eerlijk gezegd vond ik de betreffende persoon niet de moeite waard. Zo’n energiezuigend persoon wilde ik niet meer in mijn leven, niet vrijwillig. Ik had daar de energie niet voor.
Ik ben gekwetst en heb iemand verloren. Dat doet pijn. Ik verdiende het niet om zo behandeld te worden en had best voor mezelf mogen opkomen. Toch sta ik tot op de dag van vandaag achter mijn keuze om er niet al te veel woorden aan vuil te maken. Waarom? Ik denk omdat ik met het negeren van de negativiteit, meer ruimte creëerde voor kalmte in mijn leven.
Van de week had ik te maken met een situatie op social media. Op Facebook werd de oproep geplaatst dat een groep kinderen afval gaan ruimen in hun eigen buurt. Een volwassen man reageerde daar afkeurend op. Hij was het er niet mee eens dat kinderen de rotzooi van anderen opruimen. En om de één of andere reden vond ik nodig om daar wel op te reageren. Waarom dan wel in vredesnaam?
Allereerst zijn de kinderen in dit verhaal kinderen waar ik mee werk en ben ik erg trots op hen omdat zij doen wat zij doen. Zij klagen niet alleen, maar nemen ook initiatief en proberen een situatie te verbeteren. Hoe mooi is dat? Er zijn genoeg volwassenen die daar van kunnen leren.
Ik merk bij mezelf op dat ik allergisch ben voor de houding van meneer. Ik weet dat meer mensen denken zoals hij en ben bang dat er op die manier weinig zal veranderen. Dus ik sta op en verdedig het initiatief van de kinderen. Ik heb mij zegje gedaan en ben verder niet meer ingegaan op zijn weerwoord. Ik ben de discussie niet aangegaan.
Ik vind het best typisch ik in een hele persoonlijk situatie er voor kies om iemand te laten kletsen, maar bij een situatie waarbij de emotionele afstand groter is, ik het wel nodig vind om er tegenin te gaan. Als ik de situaties met elkaar vergelijk, valt me op dat de eerste situatie voor mij uitzichtloos was. Ik had niet het idee dat ik er iets aan kon veranderen. Bij de tweede situatie hoop ik niet alleen dat meneer zijn standpunt wilt heroverwegen, maar hoop ik ook dat andere lezers verder kijken dan alleen zijn standpunt.
‘Een mens is net een foto. Als je hem niet ontwikkelt, blijft hij negatief.’ Dus laten we nou niet met zijn allen anderen laten lullen en zelf zwijgen. Laten we wel opkomen voor onze idealen. We hoeven geen eeuwige discussies te voeren, maar we hoeven ook niet stilletjes toe te kijken hoe anderen het (gebrek aan) moraal bepalen.
