Om gezond te leven, heb je balans nodig.
Stimuleer je gezondheid door inspanning en ontspanning: sporten, bewegen, luieren, verantwoord eten, …
Om gezond te leven, heb je balans nodig.
Stimuleer je gezondheid door inspanning en ontspanning: sporten, bewegen, luieren, verantwoord eten, …
Met zijn allen zitten we in de rouwzaal van de begraafplaats. Vandaag wordt mijn oma begraven. Ik ben verdrietig en zenuwachtig. Verdrietig omdat we erbij stil staan dat ze er echt niet meer is en zenuwachtig omdat ik nog iets over haar ga vertellen.
Toch ga ik iets over haar vertellen. Juist omdat het nu kan en mooi is om een herinnering te delen met anderen. Op het moment dat ik voor iedereen sta, breek ik en kom ik niet uit mijn woorden. Gelukkig komt mijn vader naast mij staan en kan ik mij herpakken. Na de dienst begeleiden wij onze oma naar haar laatste rustplaats en nemen we afscheid van haar. Mijn oma was de enige oma die mijn man en ik nog hadden. Wat betekent dat onze ouders nu de oudste generatie zijn in onze familie. Ik merk aan mijzelf dat ik daar niet teveel bij wil stilstaan, maar ik kan er niet omheen. Het hebben van een opa en oma voelde ook altijd wel heel veilig, net of het altijd zo zou blijven. Nu we in de afgelopen twee jaar vier keer afscheid hebben genomen van een opa of oma, weten we helemaal dat de dood bij het leven hoort. Maar nu het moment daar is dat ze er echt allemaal niet meer zijn, is dat misschien nog moeilijker. Er is een generatie weg.
Het liefst zou ik mijn ouders voor altijd vasthouden en bij mij houden. Ik kan mij geen leven voorstellen zonder hen. Ze zijn er altijd en dat hou ik ook graag zo. Daarnaast is er ook het feit dat we ouder worden. Wij hebben zelf ook twee dochters en onze ouders zijn ook al opa en oma. Opeens komt de sterfelijkheid van het leven wel heel dichtbij. Ik zit te denken aan alles wat ik nog met mijn ouders zou willen meemaken. Dat ik voor mijn dochters hoop dat ze hun opa’s en oma’s nog lang mogen kennen en van hen mogen genieten. Ik hoop dat het contact met onze ouders goed blijft en we, als het zover is, op een goede manier afscheid kunnen nemen van elkaar. Dat we elkaar recht in de ogen kunnen kijken en mogen zeggen dat we van elkaar houden. Dat wil ik ook meegeven aan onze dochters, dat hun opa’s en oma’s belangrijk voor hen zijn. Mooie herinneringen mogen ons dan troost bieden.
Wat betreft mijn oma… Er zijn veel mooie herinneringen van momenten die ik met haar heb meegemaakt. Ondanks dat ze niet altijd de makkelijkste was. Toch hielden we van haar en zullen we haar missen, net als onze andere opa’s en oma’s. Uiteindelijk zullen zij altijd met ons verbonden blijven en blijven bestaan in onze herinnering.
Mijn opa’s en oma’s leefden tijdens de Tweede Wereldoorlog. Aankomende vrijdag mogen we ook stilstaan bij mensen die, onder andere in deze periode, zijn omgekomen. Ik word er altijd stil van als ik bedenk hoeveel mensen er gestreden hebben voor vrijheid, hoeveel families geliefden (hebben) moeten missen. Mijn opa’s en oma’s zijn niet meer hier om erbij stil te staan, maar ik kan dat nog wel doen. Ik zal dan denken aan alle mensen die zijn omgekomen en aan de oorlogen die er nu zijn met alle slachtoffers die daarbij vallen. Op dat moment zal ik ook zeker denken aan de geliefden die ik mis, ook aan oma.
Ik ben vrijdag 2 minuten stil. Jij ook?
Het is lente! De zon laat zich wat vaker zien, dus we gaan weer wat meer naar buiten. Met dit weer is het ook veel uitnodigender om een stukje te gaan hardlopen.
Regelmatig zeggen mensen tegen mij dat ze ook zouden willen hardlopen, maar dat het ze niet lukt. Als ik dan doorvraag, blijkt dat het merendeel van deze mensen in het wilde weg begint met hardlopen. Geen plan, geen schema, gewoon gaan. Dat is misschien niet zo handig.
Hardlopen moet je opbouwen. Ja, sommige mensen lopen direct in één keer kilometers. Maar dat ze dat kunnen, wil niet zeggen dat het goed is voor het lichaam. Je lichaam moet wennen aan het hardlopen. Je lichaam moet zich aanpassen om kilometers hardlopen te kunnen opvangen. Je spieren, pezen, gewrichten en aanhechtingen moeten hier echt even aan wennen. Hiervoor is het opbouwen met een trainingsschema erg handig. Zelf geef ik ook alleen hardlooptraining aan mensen die in ieder geval een uur aaneen kunnen wandelen.
Let op dat als je begint met hardlopen, je niet te snel loopt. Het is de bedoeling dat je tijdens het hardlopen een gesprek kunt blijven voeren. Als dit niet lukt omdat je buiten adem bent, dan loop je te snel.
Hieronder deel ik een trainingsschema waarin je in 11 weken opbouwt naar 30 minuten achter elkaar hardlopen. In dit schema train je drie keer per week. Verdeel de drie dagen gespreid over de week. Zorg dat er in ieder geval een dag tussen zit, zodat je lichaam kan herstellen.
Week 1
Week 2
Week 3
Week 4
Week 5
Week 6
Week 7
Week 8
Week 9
Week 10
Week 11
Succes en heel veel loopplezier!
Zo’n 2,5 jaar terug ben ik gezonder gaan leven. Ik stopte met roken, begon met hardlopen, ging bewuster eten. Zonder de intentie te hebben om een fitgirl te worden, werd ik dat wel. Ik voel me nu fit. Niet alleen fysiek, maar ook mentaal. En dat draag ik ook uit.
Tegenwoordig heb ik het imago van “healthy chick”. Mensen spreken me aan met “Miss Sporty” en vragen me om voedingsadvies. Als het weekend wordt nabesproken, wordt mij gevraagd of ik nog heb meegedaan aan een hardloopevenement.
Ik merk dat er op een gegeven moment een verwachting is ontstaan dat ik altijd gezonde keuzes maak en fit meedoe aan iedere sportactiviteit. Van de week at ik een tosti van witbrood en kreeg ik de opmerking: “Dat ben ik niet gewend van jou.” Ik eet inderdaad nooit witbrood, ik eet voornamelijk voedzame maaltijden. Dus die opmerking begreep ik wel.
Maar ik krijg ook verontwaardigde opmerkingen. Als ik een koekje afsla, krijg ik de opmerking: “Je kunt het wel gebruiken.” Als ik een plakje cake eet, krijg ik de opmerking: “Oh, hoort dat bij een gezonde leefstijl??” Als ik crackers eet, krijg ik te horen: “Je bent al zo mager en dan eet je ook nog crackers.” Als ik een bonbon eet, is het: “Dat is geen gezonde keuze hoor.” Als ik buikspieroefeningen doe, wordt er gezegd: “Dat heb je niet nodig, er mag wel 10 kilo bij.” Als ik langs het veld zit omdat ik misselijk ben, wordt er niet gevraagd hoe het met me gaat maar krijg ik te horen dat ik ben betrapt omdat ik niet meedoe.
Het is vermoeiend om iedere keer weer dergelijke opmerkingen naar mijn hoofd geslingerd te krijgen, een beetje een dooddoener. Ik zeg ook niet tegen mensen met overgewicht dat ze dat koekje beter kunnen laten staan of dat ze maar beter even een half uurtje moeten gaan wandelen. Dat doe je niet, want dat is kwetsend. En behalve dat, sport ik niet om af te vallen. Ik sport omdat ik me dan goed voel. En nee, ik haal niet altijd het uiterste uit mezelf. Ook ik ben weleens ziek, zwak of misselijk. En soms heb ik simpelweg geen zin. Is het nou echt nodig dat ik daar verantwoording voor afleg?
Het is lente en er zijn alweer wat mooie zonnige dagen geweest. Van de week realiseerde ik me dat het tijd is om de skates uit de kast te trekken. Skaten is niet alleen leuk, je wordt er ook nog eens fit en sterk van.
Dit zijn vijf voordelen van skaten:
De schokbelasting is bij skaten zo’n 50% minder dan bij hardlopen, wat erg fijn is voor je knieën en enkels. Hierdoor heb je een kleinere kans op blessures.
Skaten is een duursport. Het zet je hart en longen aan het werk. Zelf kan ik het skaten uren volhouden.
Skaten brengt je in vorm, want je gebruikt buik-, bil- en beenspieren. Met dat mooie weer is skaten in de buitenlucht toch een veel leuke workout dan een workout in de sportschool?
Met een uur skaten verbrand je al snel 600 calorieën. Voor mensen die willen afvallen, betekent dit dat als je regelmatig een uurtje skate en ook nog een beetje op je voeding let, je resultaat zult opmerken.
Voor veel mensen is een goed balansgevoel niet vanzelfsprekend. Omdat je met skaten balans nodig hebt, zal regelmatig skaten het evenwicht verbeteren. Dat heeft een positief effect op je loophouding.
Ik weet niet hoe het met jou zit, maar ik ga mijn skates even afstoffen…
De kans is groot dat je de Zweedse fitnesstrend ‘plogging’ voorbij hebt zien komen. Dit is een combinatie van het woord ‘jogging’ met het Zweedse woord ‘plocka’ (oprapen). Oftewel: tijdens het hardlopen afval rapen van de grond.
Het idee achter plogging is om de tijd die je spendeert aan lichaamsbeweging, ook te gebruiken om afval op te ruimen. Je kunt het dus doen bij het hardlopen, maar ook bij het wandelen, uitlaten van de hond, fietsen of zelfs surfen. Twee vliegen in één klap: je werkt aan je eigen gezondheid en aan een schoon milieu.
Bij plogging verricht je niet alleen je normale portie lichaamsbeweging, maar buk je ook veel. Dat scheelt weer wat sets squats bij thuiskomst. Of maak er lunges van.
Laatst heb ik vuil geraapt bij het uitlaten van de hond en het deed me denken aan een intervaltraining. Ik kreeg het er warm van en merkte aan mijn ademhaling dat het toch best intensief was.
Het is echt bizar hoeveel zwerfvuil er op straat ligt. Op een strook van nog geen 50 meter had ik een tasje vol vuil geraapt. Ik stond versteld van de hoeveelheid vuurwerk die ik drie maanden na Oud en Nieuw aantrof. En de hoeveelheid lege blikjes en drinkpakjes zette mij wel aan het denken. Gooien mensen nou echt zo makkelijk hun zooi op straat? Waarom?
Echt, je doet zowel jezelf als het milieu een enorm plezier met plogging.
Sommige mensen vinden sporten te hoog gegrepen. Als je fysiek helemaal niet actief bent, is hardlopen of fitnessen best een ver van je bed show. Wist je dat je met wandelen ook aan je conditie kunt werken?
Voordat ik begon met hardlopen, was ik allergisch voor sport. Mij niet gezien. Wat ik wel dagelijks deed, was wandelen op tempo. Gewoon omdat ik dat fijn vond. Dan kon ik lekker mijn hoofd legen. Pas toen ik met hardlopen begon, merkte ik wat het wandelen voor mijn conditie had gedaan. Voor iemand die nooit en te nimmer sportte, was mijn conditie best goed.
Nu de lente is begonnen en het weer aangenaam wordt (als het droog is tenminste), is het een mooie periode om te beginnen met wandelen. Het is niet meer zo enorm koud, maar ook niet te warm. Want vergis je niet, van sportief wandelen krijg je het warm. Niet slenteren, maar stevig doorstappen.
Het is verstandig om sportief wandelen te trainen. Mijn ervaring is dat mensen zich vaak verkijken op het wandelen. Van tevoren denken ze dat ze het wel even doen, maar bij het wandelen merken ze dat ze toch echt wel aan de conditie werken. En dat vraagt om inspanning.
Gezien de inspanning is opwarmen en afkoelen verstandig. Wat je kunt doen, is 5 á 10 minuten op je normale tempo wandelen om warm te worden. Dan even stilstaan en alles losdraaien: voeten, knieën, heupen en schouders. Vervolgens wandel je 15 minuten op een iets hoger tempo dan je normale tempo. Let wel op dat je niet buiten adem raakt. Tot slot wandel je weer 5 á 10 minuten op je normale tempo, om af te koelen.
Loop in ieder geval drie keer per week en voeg iedere week vijf minuten toe aan het versneld wandelen. Als je zorgt voor wat variatie met de routes en ondergrond, boek je geheid vooruitgang.
Toen mijn zoon (Bradley) 11 jaar was, liet hij mij weten dat hij bij zijn vader wilde wonen. Ik had dat zien aankomen. Hij keek altijd al enorm op tegen zijn vader. Toch was het heel moeilijk om het ook daadwerkelijk uit zijn mond te horen. Ik wilde hem graag dicht bij me houden.
Het voelde alsof ik een slechte moeder was en hij niet meer bij mij wilde zijn. Maar het ging niet om mij. Mijn kleine jongen ging de leeftijd tegemoet waarin hij een man werd. Ik begreep best dat hij meer tijd wilde doorbrengen met zijn vader. Zijn vader is tenslotte zijn belangrijkste mannelijke rolmodel. Dus ik zette mijn eigen gevoel opzij.
Na gesprekken met Bradley, zijn vader en stiefmoeder besloten we dat Bradley na het afronden van de basisschool bij hen zou intrekken. We kozen hiervoor omdat hij dan sowieso de verandering van basisschool naar voortgezet onderwijs zou meemaken. Laten we wel wezen, hij zou een hoop veranderingen tegemoet gaan: ander gezin, andere leefomgeving, andere buurtkinderen, andere school, enzovoort.
Inmiddels zit hij in zijn examenjaar en is het bijna vier jaar geleden dat hij bij zijn vader ging wonen.
Hoewel ik er mee akkoord ging dat Bradley bij zijn vader ging wonen, vond ik het erg moeilijk. Terwijl ik dit schrijf, merk ik dat ik nog steeds moeite heb om het te beschrijven. Het is niet te omschrijven wat het met mij heeft gedaan.
Je kunt je voorstellen dat het als moeder pijnlijk is om niet meer de dagelijkse zorg te hebben voor je kind. Om de dag niet samen te beginnen. Om bij het avondeten niet samen de dag door te nemen. Natuurlijk kun je met elkaar bellen, maar dat is niet hetzelfde als in elkaars gezelschap zijn. Mijn huis voelde niet meer als thuis.
Inmiddels ben ik blij met waar we staan. Bradley is nu 16 jaar en reist makkelijker heen en weer. Hij is zeer regelmatig bij ons. Hij sport hier en is hier begonnen aan een bijbaantje. Als ik thuiskom, voelt het weer als thuiskomen.
Ook al vond ik het heel moeilijk om hier mee om te gaan, ik sta nog steeds achter mijn keuze. Voor Bradley is dit belangrijk geweest voor de relatie met zijn vader. En ik moet zeggen dat ik trots op hem ben dat hij de stap zette.
Bij de CPC Loop Den Haag heb ik mijn eerste blessure opgelopen. Door een verkeerde tijdsinschatting had ik geen tijd meer om in te lopen. In het startvak heb ik wel wat staan springen enzo, maar dat voldeed niet. Tijdens de loop merkte ik een pijntje op in mijn kuit, bij de aanhechting van de spier. ’s Avonds in bed kon ik niet slapen van de pijn en de trap aflopen was de volgende ochtend een pijnlijke uitdaging. Dus ik heb het laten intapen en nam rust. Even niet hardlopen, eerst even herstellen.
Eigenlijk kon ik sowieso wel wat rust gebruiken. Ik was moe. Niet een beetje, maar behoorlijk moe. Ik merkte dat ik uit balans was. Als ik thuiskwam uit mijn werk, kroop ik op de bank en deed ik niets meer. En ik was prikkelbaar. Ik kon niet zoveel hebben en lachte minder dan normaal gesproken. Dat zijn voor mij toch wel de tekenen dat ik een stapje terug moet doen.
Dus dat deed ik. Ik accepteerde hoe ik me voelde en besloot er even niet tegen te vechten. Normaal gesproken wil ik dat namelijk nog wel doen: vechten tegen vermoeidheid. Blijven doorknallen terwijl mijn lichaam het signaal geeft behoefte te hebben aan rust. Dat deed ik nu dus even niet.
Niet hardlopen dus, want dat kon niet vanwege de blessure. Traplopen is bij mij normaal gesproken meer traprennen, maar nu hield ik het bij lopen. Gewoon rustig de trap op- en aflopen. De tijd nemen, rustig aan. En niet springtouwen, want dan maak je dezelfde klappen als je neerkomt als bij hardlopen.
Als je niet kunt hardlopen, kun je wel andere sporten beoefenen. Zwemmen bijvoorbeeld. Maar daar houd ik niet van, dus daar doe ik mezelf dus ook geen plezier mee. Met fietsen wel. Ik ga altijd op de fiets naar mijn werk. En net als met alles doe ik dat niet op een relaxed tempo. Nee, lekker knallen en in de zware versnelling de brug op fietsen. Heerlijk. Maar nu was ook dat anders. Het was koud en ik had geen zin om te fietsen. Dus ik accepteerde dat voor een keer en nam de bus naar mijn werk.
Normaal gesproken ben ik een heel actief persoon. Ik ben altijd in beweging. En nu dus niet. Je zou denken dat het niets doen me energie zou opleveren, maar in eerste instantie deed dat het niet. Dat was enerzijds frustrerend, want waar doe je het dan voor? Maar aan de andere kant was het voor mij een signaal dat mijn lichaam inderdaad erg moe was. En ja hoor, na een paar dagen rust kwam er een flinke verkoudheid uit.
Nu de verkoudheid eruit is, merk ik dat ik weer energie terugkrijg. Ik maak weer grapjes en lach meer. Ik voel ook een enorme drang om te gaan hardlopen. Daarin moet ik mezelf wel afremmen. Ik ben geneigd om direct kilometers te maken, maar dat is onverstandig. Morgen ga ik na twee weken het hardlopen weer oppakken. Ik heb mezelf voorgenomen om goed naar mijn lichaam te luisteren. Als het niet gaat, dan gaat het niet. Niets forceren. En als het wel gaat, loop ik maximaal 20 minuten. En langzaam lopen. We weten allemaal hoe moeilijk dat is, langzaam lopen.
Ik wil de komende jaren lekker blijven hardlopen. Dan is het wel belangrijk om niet direct te knallen, maar de tijd te nemen voor herstel. Anders ben ik straks nog langer uit de running. Maar dit geldt niet alleen voor het hardlopen. Ik moet er alert op zijn dat ik rust pak. Niet pas op het moment dat ik ertoe gedwongen word. Dat betekent wellicht dat ik rustmomenten in mijn overvolle agenda moet zetten.
In een eerdere blogpost vertelde ik dat ik samen met een vriendin (Christina) bezig ben om een 50-dingen boek te maken voor onze woonplaats. Inmiddels hebben wij hierover gesprekken gevoerd met medewerkers van de Gemeente. Gelukkig zijn zij erg enthousiast over het initiatief en openen zij nieuwe deuren voor ons. We ontvingen bijvoorbeeld een uitnodiging voor een netwerkdiner…
Ik moet bekennen dat netwerken niet tot mijn favorieten behoort. Ik vind het hartstikke leuk om mensen en initiatieven te leren kennen, maar ik vind het lastig om zelf op de voorgrond te treden en over mezelf en mijn ideeën te vertellen. Maar ja, een kennismaking hoort wel wederzijds te zijn. Dat betekent interesse tonen in de ander, maar ook vertellen over jezelf. Het gaat erom dat je elkaar weet te vinden en daarvoor moet je raakvlakken ontdekken.
Vorige week waren Christina en ik dus bij een netwerkdiner. Het was de eerste bijeenkomst waar we ons hadden aangemeld onder de naam MOE en FIT. Dat is op zich al spannend. Vind ik tenminste. MOE en FIT is mijn idee, mijn initiatief, mijn baby. Door ermee naar buiten te treden, stel ik mij kwetsbaar op. Wat als anderen mijn idee belachelijk vinden? Wat als anderen kritische vragen stellen waar ik niet direct antwoord op weet? Of erger nog: wat als niemand geïnteresseerd is in wat ik te zeggen heb? Kwetsbaar dus.
Maar ik ben me ervan bewust dat, als ik verder wil komen, ik me daar overheen moet zetten. Het zal toch zeker niet zo zijn dat ik me laat weerhouden omdat ik ergens onzeker over ben? Nee. Ik geloof dat je alleen kunt groeien door de confrontatie aan te gaan met je angsten en onzekerheden.
Nu klinkt het misschien alsof ik enorm onzeker was en zenuwachtig voor het netwerkdiner, maar zo dramatisch was het niet. Ik voelde me gewoon een beetje kwetsbaar. En dat ik me futloos voelde maakte het er niet makkelijker op. Ik voelde me erg MOE en verre van FIT (Achteraf blijkt dat er een flinke verkoudheid aan zat te komen)
Sta ik mezelf te verkopen als fitte moeder, terwijl ik me behoorlijk futloos voel. Ik maakte me een beetje druk over hoe moet dat overkwam op anderen. Maar terwijl ik bij de bijeenkomst zat, realiseerde ik me dat ik ook maar een mens ben. Dat ieder mens zich weleens futloos voelt en dat dit niet per se iets zegt over je fitheid. Ook fitte mensen zijn weleens moe of ziek. Dus toen mensen opstonden om zichzelf voor te stellen, stond ik ook op. Want hoe moeten mensen anders weten over ons idee voor een 50-dingen boek voor Nissewaard? En hoe komen we anders met mensen in contact, zonder op één avond 36x ons verhaal te moeten doen?
Ik ben blij dat ik ben opgestaan. We hebben aardig wat mensen gesproken die avond. Mensen reageerden enthousiast op ons idee en zagen samenwerkingsmogelijkheden. We zijn meer te weten gekomen over bewonersgroepen en hun activiteiten. We hebben kennisgemaakt met actieve bewoners. Mensen willen ons in contact brengen met mensen uit hun netwerk, voor de financiering. Mensen willen met ons meedenken en wij kunnen anderen versterken. Super als een idee zo goed wordt ontvangen en je elkaar kunt vinden. Daar krijg ik dan weer energie van.
In januari heb ik van Marcel een medaillehanger gekregen. Niet zomaar een medaillehanger, maar een gepersonaliseerde. Een waar de tekst op staat: ‘Siwoh believed she could so she did’. Helemaal leuk.
Marcel heeft de volste vertrouwen in mij, dus hij koos voor de variant waar je lekker veel medailles aan kunt hangen. Met de hoeveelheid medailles die ik bezit, ziet het er alleen wel een beetje kaal uit. Een beetje als een medaillehanger voor beginners. Maar ja, ik loop ook pas 2,5 jaar.
Ik begon dus 2,5 jaar geleden met hardlopen. Ik was gestopt met roken en niet te genieten. Ik begon met hardlopen om die negatieve energie kwijt te raken. En dat beviel me goed. In 2,5 jaar heb ik opgebouwd. Eerst naar de 5 kilometer en al snel door naar de tien. Daarna wilde ik doorgaan naar de 15 km, maar dat werden halve marathons. Ik heb nog even rondgelopen met het idee om verder te trainen voor een hele marathon, maar besloot om dat niet te doen.
Voor het jaar 2018 heb ik mezelf voorgenomen om het rustig aan te doen met hardlopen. Ik wil wel blijven hardlopen, maar wil de lat niet hoger leggen voor mezelf. Op persoonlijk vlak heb ik namelijk een aantal andere prioriteiten waar ik mijn tijd en energie in wil steken. Dat is dus een kwestie van keuzes maken.
Wel ben ik iemand die uitgedaagd moet worden. Dat ik nu niet train om meer kilometers te maken of om sneller te lopen, maakt dat ik uitdaging mis. Dus ik heb mezelf voorgenomen om iedere maand mee te doen aan een hardloopevenement en zo mijn medaillehanger te vullen. Ik ga medailles verzamelen. Dat is best een uitdaging, want ik doe graag mee aan kleine lokale loopjes. Bij grote lopen vind ik de drukte vaak onprettig. Maar bij de kleinere lopen krijg je niet altijd een medaille. En als je al een medaille krijgt, zijn het vaak een beetje lelijke dingen.
Vorige week heb ik meegedaan aan de NN CPC Loop Den Haag. Over uitdagingen gesproken. Ik was moe en rete-chagrijnig. Ik heb ook echt helemaal niks met Den Haag (sorry no offence). Maar de medailles van de CPC lopen in Den Haag zijn altijd zo ontzettend mooi. Dit loopje was voor mij dus echt voor de medaille.
En wat voor medaille. Ik ben er echt enorm trots op, vind het de mooiste medaille die aan mijn medaillehanger hangt. Zelfs mijn zoon zei het enorm creatief te vinden dat de route is weergegeven op de medaille.
In april loop ik een kwart marathon in Rotterdam en in mei doe ik mee aan de Rotterdam Urban Trail. Ik ben enorm benieuwd naar de medailles…
Heb jij nog tips voor loopjes van maximaal 15 km met mooie, leuke of bijzondere medailles? Laat het weten in een reactie!

